Ik merk steeds vaker hoe leuk en fijn ik het vind om dingen te doen voor de cliëntenraad. Het geeft me het gevoel dat ik echt iets kan betekenen. Dat ik er niet alleen voor mezelf zit, maar ook voor anderen. En stiekem ook een beetje voor mijn jongere ik, die zich vroeger vaak niet gehoord voelde.
Wat me raakt, is dat er ook echt iets gedaan wordt met wat wij als cliëntenraad zeggen of aandragen. Het verdwijnt niet in een la, maar er gebeurt daadwerkelijk iets mee. Dat maakt dat ik me nuttig voel in een maatschappij waar ik vaak en vooral word gezien als een “chronisch ziek” persoon, aka iemand die is uitgevallen. Binnen de cliëntenraad is dat anders: daar voel ik me iemand die bijdraagt. Iemand die meehelpt om de zorg beter te maken. En eerlijk, dat smaakt naar meer!
Ik vind het ook gewoon tof om mezelf uit te dagen. Om dingen te doen die ik lastig vind, en daar stapje voor stapje beter in wordt. Soms met een cursus, vaak door het gewoon te doen. Het voelt alsof ik mag groeien, alsof ik mezelf mag ontwikkelen. En dat geeft me energie en maakt me zelfverzekerder.
Wat ook bijzonder is: mijn dyslectie staat me hier niet in de weg. Natuurlijk is het er nog steeds, maar voor het eerst laat ik me er niet meer door tegenhouden. Ik weet dat ik het zo goed mogelijk probeer, en dat is genoeg. Sterker nog, ik merk dat ik daardoor juist meer durf en meer plezier heb in wat ik doe. En dat is best wel bevrijdend.
De cliëntenraad geeft mij dus veel meer dan alleen een plek om mee te praten. Het geeft me energie, het gevoel dat ik er echt toe doe. Het maakt dat ik me niet alleen patiënt voel, maar gewoon weer mens. En dat is misschien nog wel het meest waardevol van alles. Dankjewel dat je de moeite neemt om dit te lezen. Het betekent veel voor me.
Liefs,
Sharon Roos
